Een jaarlijkse happening in Eindhoven is de DDW. Verspreid over de stad vinden veel tentoonstellingen plaats van nieuwe ontwikkelingen die allen iets met Design te maken hebben. Design als in ontwerp, maar ook als in vormgeving, ontwikkeling (materialen) en in (uiteindelijk) gebruik of functionaliteit. Heel logisch eigenlijk dat dit in Eindhoven plaats vindt. Met de Technische universiteit en het Natlab van Philips als vertrekpunt is deze stad natuurlijk een broedplaats voor nieuwe technologische ontwikkelingen.
Het programma laat via diverse routes de bezoeker kennis maken met ontwikkelingen binnen verschillende thema’s: ecologisch gebruik van de planeet aarde, samenleving, de toekomstige stad, digitale en virtuele wereld, verbonden samenleving, duurzame producten en Kunst&creativiteit in een digitale wereld. Ondoenlijk om dat allemaal te volgen. En dus heb ik net als eenieder een aantal krenten uit de pap weten te vinden.
Logisch natuurlijk ook dat de meest aansprekende voorbeelden iets van doen hebben met mijn eigen achtergrond in het gebied zorg en technologie.

Biologisch afbreekbare Bloedvatprothese
Als eerste in deze beschrijving de bloedvatprothese. Met gebruik van materiaalkennis is een “stent” gemaakt van biologisch afbreekbaar materiaal. Dit buisje kan worden ingebracht in een bloedvat (bv bij aderverkalking) waardoor vervolgens de vaatwandcellen, fibroblasten en spiercellen hun plaats innemen en zo geleidelijk het buisje dat zijn werk gedaan heeft kan worden afgebroken. Er zijn met dit materiaal al de nodige succesvolle dierproeven gedaan. Meer dan 40 jaar geleden begon ikzelf met het onderzoek naar vaatwandendotheelcellen. Pim van Aken, mijn promotor, ging vervolgens in Enschede verder met het thema biocompatibiliteit. En nu is de wetenschap dan kennelijk zover gevorderd dat we biodegradabele stents kunnen gaan implanteren.

Videoregistratie van vitale functies
Een deel van mijn onderzoek in zorg en technologie bij Zuyd is gericht geweest op het gebruik van videoregistratie in de zorg. Bij mij ging het in de periode 2004-2010 over activiteitenmonitoring met behulp van o.a. camera’s. Vandaag kreeg ik een onderzoek te zien waarbij Camerabeelden gebruikt werden om hartslag te meten. Bloedvaten ter hoogte van de slaap zorgen voor geringe bewegingen van de huid ter plaatse. Door die veranderingen te meten kan vrij nauwkeurig de hartslag gemeten worden. De niet-invasieve vorm van monitoring heeft een meerwaarde in de intensieve zorg.

Bewegingscorrectie met behulp van een gyroscopische sensor
Houding en bewegingsonderzoek kwam ik als lector in Enschede tegen. Daar hebben we projecten gedaan waarbij de houding correctie werd geïnitieerd door het afgeven van een trilling vanuit een korset waardoor de actieve bewegingcorrectie kon plaatsvinden. De tilprocedure kon met minder fysieke belasting worden uitgevoerd. Vandaag kwam ik een onderzoek tegen van Brightlands uit Heerlen waarbij een gyroscopische trilsensor wordt gebruikt om mensen met een verstoord evenwicht en -looppatroon te helpen. De sensor wordt via een band op de heup gedragen. De trilling wordt daar lokaal gevoeld. Maar in het onderbewuste wordt de waarneming ook gekoppeld met het evenwichtsorgaan. Gebleken is dat de signalen van deze sensor zodanig ondersteunend werken dat het evenwichtsorgaan “automatisch” een actieve houding en loopcorrectie initieert.
Ademhalingscorrectie via een met sensoren gevuld korset/shirt
Kinderen met autisme of met astma hebben vaker problemen met het reguleren van hun ademhaling. De verstoring kan ontstaan door emotionele of fysiologische veranderingen. In beide gevallen is het mogelijk via een goede coaching een regulering van de ademhaling te bevorderen. Een project deed dat door via een korset de bewegingen te registreren en via mechanische prikkels (trilfunctie) het gebruik van de buikademhaling te bevorderen. Een ander project deed de registratie door in het kledingstuk verschillende reksensoren te plaatsen en via een op de kleding te dragen “interface” (Medaille met diverse te activeren kleuren) positieve terugkoppeling te geven aan het kind. In beide gevallen betreft het de ontwikkeling van ondersteunde technologie mogelijk geworden door de samenwerking tussen verschillende disciplines.

Gebruik van zonne-energie
Op het tentoonstellingsplein op Strijp staat een grote constructie met zonnepanelen. Het bijzondere hieraan is het ontwerp van de panelen zelf. Nu zijn het vooral donkere grote oppervlakten. Door een samenwerking tussen een ontwerper met een kunstzinnige achtergrond en de maker van de panelen is het mogelijk gebleken om werkende panelen te maken die niet alleen klein zijn en verschillende kleuren hebben maar ook inpasbaar zijn in een veelvormig geheel. Op zo’n manier neemt het aantal gebruiksmogelijkheden van zonnepanelen natuurlijk fors toe en is de verwachting dat de acceptatie daarvan in onze dagelijkse omgeving ook wordt bevorderd. De menshoge constructie die voor deze tentoonstelling is gemaakt illustreert dat op een goede manier.

Het bezoek aan dit jaarlijks evenement maakt duidelijk dat een veelheid van ontwikkelingen gaande zijn. En dan heb ik het niet eens gehad over de “futuristische “ auto of beter gezegd mobiliteitsoplossingen die ik gezien heb. Of op het gebied van onze woonomgeving (van tiny houses tot durable cities) en van kledingontwerp en gebruik. Echt veel te veel om op te noemen. Ook stimulerend vind ik het dat zoveel jongeren een bezoek aan deze tentoonstellingen maken. Een dag daar rondlopend geeft uiteindelijk een verzadigd gevoel. Het geeft daarnaast ook vertrouwen in een maakbare, betere toekomst.
Terugkijkend naar de periode waarin ikzelf met funderend en toegepast onderzoek bezig ben geweest zou ik kunnen concluderen dat het erg langzaam gaat. Maar het tegendeel is eigenlijk waar. Steeds meer krijg ik de bevestiging dat de natuur mooi maar erg complex in elkaar steekt en dat we van goeden huize moeten komen om daarin verbeteringen aan te brengen. Maar nu we interdisciplinair steeds beter weten samen te werken en zo kennis ontwikkelen en toepassen zetten we toch wat stappen vooruit. De verwondering over hoe die wereld in elkaar steekt blijft voor mij de motor in de zoektocht naar nieuwe inzichten en het gebruik ervan.